DE OOSTELIJKE PYRENEEËN

Caval'Rando

home

fotos


Ik ga nog maar eens een keertje een trektocht te paard doen in mijn favoriete streek: de Pyreneeën. Met Brussels Airlines naar Toulouse en vandaar naar Saurat. Het is daar de laatste tijd ook al niet zo'n best weer geweest maar vandaag schijnt de zon.

Vanaf dit jaar krijgen alle paarden in de Europese Unie een chip ingeplant in de nek, ook al de paarden van Caval' Rando, alle vijftien en een jonge veearts komt dat zaakje klaren. De meeste paarden blijven er nogal stoïcijns onder maar enkele laten duidelijk merken dat ze dat maar niks vinden.

Ik ben de eerste van de zes deelnemers die arriveert. In totaal zijn we met zes ruiters, zeven met Dominique, de gids, maar 8 paarden, eentje wordt er meegenomen op sleeptouw. Het zal dienst doen als pakpaard de dag dat de volgwagen de bivouac plaats niet kan bereiken.

15/6 - zondag - dag 1

Het is niet koud maar bewolkt. We klimmen onmiddellijk naar de hogere bergweiden en volgen de vallei van de Saurat in oostelijke richting. Het dorpje Saurat ligt diep in het dal fotogeniek te wezen. Ze hebben hier de laatste weken behoorlijk wat water te slikken gekregen en de bosweggetjes liggen er serieus modderig bij, niet enkel de bosweggetjes trouwens, ook in de weiden zink je met plezier tot over je enkels in de moor als je niet uit je doppen kijkt. De enige toeschouwers zijn koeien, ook zij hebben drogere gronden opgezocht onder de bomen.
We pick-nicken in een holle weg. Het weer is druilerig en er valt wat nat, regenjassen worden bovengehaald maar het blijft bij wat dreigen. Via een resem bossen met enkele fikse hellingen, waarvan een paar spekglad door de modder, komen we op de Col de Lastris. Schitterend uitzicht. Dan gaat het terug omlaag, via het slaperige dorpje Lapège naar een antieke molen in Alliat waar we de de paarden achterlaten op de wei voor de nacht. De ruiters krijgen onderdak in een van de dorpjes van de gemeente Miglos, waar een ondernemende dame ook antieke, leegstaande huisjes heeft opgekocht en opgeknapt tot vakantie woningen. Het is zondag en we krijgen geen van de 23 overblijvende inwoners van het dorp te zien.

16/6 - maandag - dag 2

8:00 en het is nog altijd bedekt maar droog. De paarden zien er uit als hadden ze een modderkuur gevolgd. Sommige moeten met de waterslang proper gemaakt worden. We gaan weer door dichte bossen, over modderige paadjes en snelstromende riviertjes hogerop. Overal op de berghellingen staat de brem in bloei. Het ruikt ook lekker (zegt men) maar aan mijn kaduke reukorgaan is dat niet besteed. Boven op de col wordt gestopt voor de pick-nick. Ondanks de dreigende wolken is het zicht op de met sneeuw bedekte bergen schitterend. Een van de paarden heeft een loshangend ijzer en Dominique beslaat het opnieuw. Op het juiste ogenblik als een van de nagels nog mooi uit de hoef steekt, zorgt het paard met een bruuske beweging dat die nagel dwars door de muis van zijn hand snijdt. Pijnlijk! Zoveel is duidelijk aan zijn dansvoorstelling te oordelen. Gelukkig is er voldoende eerste hulp materiaal in de zadeltassen, een verpleegster bij de deelnemers en een flacon met whiskey om de pijn te verlichten. Het ijzer wordt er omzichtig op gezet en wij gaan verder langs dorpjes met klinkende namen als Pech, Verdun en Appy. Appy, is waar we stoppen bij Martine en Patrick, sympathieke gastvrouw en gastheer, chambres d'hôtes. De paarden worden een beetje verder op de wei gezet en wij worden vergast op een lekkere en overvloedige maaltijd met daarna een keur aan zelfgebrouwde likeuren en digestifs, die natuurlijk moeten geproefd en beoordeeld worden.

17/6 - dinsdag - dag 3

Gedaan met de flauwe kul, het regent, en niet zo'n klein beetje! Een malse regen die zo te zien niet snel gaat stoppen. Alle waterdichte spullen worden bovengehaald want er staan verschillende cols op het menu en vanavond wordt er gebivakkeerd op 2000m. Genieten van de mooie zichten is er niet echt bij. Vooral omdat de wolken die zichten zeer efficient verbergen. In het dal ligt Luzenac en hoog daarboven op 1800m is de grootse openlucht mijn ter wereld van talc. Wij zien enkel de kabelbaan die het spul van ginder hoog omlaag brengt.
De regen houdt er even mee op als we kort stoppen voor de pick-nick en de wolken zoeken het ook wat hogerop. Gelukkig, want de route van de GR die we nu volgen is zo miezerig aangegeven dat het eenvoudig ondoenlijk zou zijn om die te vinden, laat staan te volgen bij mist of laaghangend wolkendek. Col de Balaguès, Col de Pierre Blanche, Col du Pradel. Wat we te zien krijgen van de weidse omgeving is magnifiek. Veel volk komen we niet tegen, enkel koeien, die er zichtbaar het hunne van denken.
Des te hoger we komen, des te harder waait de wind en die is ferm koud. Als we arriveren op onze plaats van bestemming, de Col de Pailhères (2000m) waar de volgwagen met tenten en uitrusting ons opwacht, staat daar zo'n stijve bries dat het onbegonnen werk is om hier onze bivouac op te slaan. Het regent gelukkig niet maar daar is dan ook alles mee gezegd. Dominique besluit een paar honderd meter af te dalen aan de andere kant en de bivouac in een min of meer beschutte kom op te zetten. De 4x4 kan er niet komen, moet aan de rand van de weg parkeren,een goed stukske bergop daarvandaan, en alles moet manueel versast worden. Het is puffen geblazen. Het goeie nieuws is dat je er wel warm van wordt. Tenten worden opgezet, een park voor de paarden wordt gemaakt en de meegebrachte maaltijd wordt snel afgewerkt. Het is niet warm en ik (en ik niet alleen) duikel al snel in mijn tent annex slaapzak.

18/6 - woensdag - dag 4

De slaap was verkwikkend, de nacht koud en de rijm die op de tent ligt is daar niet vreemd aan. Maar de lucht is helder blauw en de zon komt stilaan achter de bergtoppen te voorschijn. Het verschil met het weer van gister kon niet groter zijn. De blauwe lucht, de bergen, de witte sneeuw en de gele brem, je zou er zowaar lyrisch bij worden. Er is een vuurtje en warme koffie, we ontbijten en beginnen aan de karwei om alles op te breken en terug omhoog te zeulen naar de 4x4. Weer puffen geblazen en ja, je wordt er nog steeds warm van.
Paarden worden klaargemaakt en we gaan terug omhoog naar de Col de Pailhères waar we gister vandaan kwamen. De wind is er gaan liggen en je kunt genieten van het uitzicht zonder dat je van je paard en uit je sokken geblazen wordt. En dan zien we dat het paard van Dominique een ijzer kwijt is. De 4x4 (met de reserve ijzers) is net weg, is niet te bereiken en Samson (het paard) moet het stellen met een nood-hoefijzer in kunststof, niet ideaal in dit terrein, maar tot vanavond zal ie het er moeten mee doen.
Vandaag doorkruisen we een streek die Donezan noemt en het wordt een dag van adembenemende vergezichten waarheen je ook kijkt. We zitten hier al vrij hoog maar we gaan toch nog wat hoger. Te paard waar het kan, te voet waar het moet. Er ligt nog flink wat sneeuw maar gelukkig niet al te veel op onze weg. En dan staan we op de Col en krijgen een panorama voorgeschoteld waar je toch wel stil van wordt. Diep onder ons liggen de 3 meren van Rabassoles met in de achtergrond de met sneeuw bedekte bergketen van de oostelijke pyreneeën. Afdalen doen we te voet tot aan de rand van een meer waar we de paarden vastmaken en genieten van onze pick-nick, het uitzicht en de rust.
We trekken verder naar lager gelegen oorden. Een stuk dat doorsneden wordt door waterloopjes is behoorlijk drassig, zelfs moerassig en het vergt nogal wat zoekwerk om de paarden daar veilig doorheen te loodsen. Dan nog kris kras door een dicht bos en we krijgen tenslotte zicht op het dorpje Rieutort waar we logeren in een kleine gite. De paarden worden op de wei gezet en de ruiters kunnen uitblazen.

19/6 - donderdag - dag 5

De weergoden laten ons niet in de steek, de zon schijnt en het is al warm. Vanavond kan de volgwagen ons niet bereiken en we moeten alles te paard meesleuren. Ook het pakpaard krijgt dit keer zijn volledige bepakking aangegespt. We verlaten het vriendelijke dorpje langs weiden die vol bloemen staan en trekken langs bospistes weer hoger de bergen in. De Col die we over moeten ligt op zo'n goeie 2300m en het dorp op 500m. We hebben dus nog wat voor de boeg. Het bospad loopt langs de bergflank, evenwijdig en hoog boven de vallei van de rivier de Galba. Als we stoppen voor de pick-nick hebben we weer een formidabel uitzicht. En dan wordt het menens. Er liggen een paar indrukwekkende sneeuwvelden tussen ons en de Col waar we over moeten en je weet maar nooit hoe dik die sneeuwmassa is en wat daar onder ligt. Het eerste valt nogal mee. De paarden worden er een voor een overgebracht, maar het tweede is lastiger. Steiler en minder overzichtelijk. Ook hier worden de paarden er een voor een langsheen en omhoog gevoerd. Veel gehijg, gepuf en een paar hachelijke momenten later staan we allemaal op de Col Muntanyeta en genieten van het panorama van les étangs de Camporells. Er ligt hier nog aardig wat sneeuw maar op dit hoogplateau kunnen we tussen de sneeuwvelden laveren naar de refuge. Die zit vol vissers. Wij zetten onze tenten op, maken een park voor de paarden, geven hen hun rantsoen en schuiven dan aan voor een verdiend aperitiefje en een warme maaltijd.

20/6 - vrijdag - dag 6

Als ik rond 7:00 uit m'n tent kruip zie ik op kleine afstand een 10-tal moeflons, die onmiddellijk op de loop gaan. Drie "jeugdige" deelnemers van onze groep zijn zelfs nog iets vroeger uit de veren gekropen om naar de top van de kleine Pic Peric te wandelen. Scherpe ogen zien ze op de top staan. Het weer is ideaal, blauwe lucht en een beetje fris. De paarden staan er rustig bij. Rond 11:00 staan we allemaal klaar voor het vertrek naar onze volgende bestemming de barrage des Bouillouses. Niet zo heel ver in afstand, maar dat betekent niet veel in dit terrein. Het landschap laat aan schoonheid in ieder geval niks te wensen over. Aan een van de vele meertjes die de streek rijk is, stoppen we voor onze pick-nick en er kan zelfs een kleine siesta af. De zompige grond zuigt letterlijk de ijzers van de hoeven en Dominique moet er weer eentje beslagen. In de vroege namiddag krijgen we zicht op het grote stuwmeer van Bouillouses. Aan een doorwaadbare plaats hebben we weer prijs. De doorgang tussen 2 rotsblokken is net iets te smal voor het pakpaard met z'n brede bepakking. Er komt wat trekwerk, improvisatie, veel natte voeten en een iets andere weg aan te pas voor het pakpaard, maar iedereen geraakt waar ie zijn moet. Daarna is het nog een mooie wandeling langs de boorden van het stuwmeer tot aan het gîte-hôtel. De paarden worden geparkeerd, krijgen voldoende hooi om zich bezig te houden en de ruiters kunnen onder de douche.

21/6 - zaterdag - dag 7

Laatste dag en het weer is nog altijd perfekt. Wij gaan verder zuidwaarts in de richting van de meren van de Carlit. Er zijn er verschillende, het ene al schilderachtiger dan het andere, gelegen tussen de kale bergtoppen en rotsen. Dit is een regio met veel vissers en wandelaars. De wandelroutes zijn duidelijk niet altijd voorzien voor paarden, tenzij dan de paarden van Dominique Porato, want waar zij overal zonder verpinken doorgaan sta ik nog altijd van te kijken. Onze laatste pick-nick is ook weer aan zo'n schilderachtig meertje. Op het laatste stuk is er eigenlijk geen pad of route meer. Je moet hier dwars door het terrein gaan, niet altijd even eenvoudig in een rotsachtige en bergachtige omgeving. Daarbij probeert onze gids dikwijls om nog een paar leuke varianten te vinden. Niet altijd met evenveel succes en we moeten al wel eens op onze stappen terugkeren. Maar ten langen leste zijn we aan het einde van dit hoogplateau, beginnen de afdaling langs een lange bosweg en komen langs een oude, vergeten holle weg aan in het plaatsje Dorres, niet ver van de Spaanse grens. Daar eindigt onze tocht. Achtereenvolgens arriveert de camion om de paarden te laden en het taxi busje om hetzelfde te doen met de ruiters en alles en iedereen naar Saurat terug te brengen.

Route


meer inlichtingen vindt je op cavalrando en op pyrenees-a-cheval